Historie

Beleidsplan Huisvesting Scoutinggroep Livingstone 2000

Op 22 februari 1939 werd de Livingstonegroep opgericht, welke deel uitmaakte van de Nederlandsche Christelijke Vereeniging van Padvinders. De groep is vernoemd naar de zendeling / ontdekkingsreiziger David Livingstone en weet zich door zijn leven en werken geïnspireerd. In september 1939 werd de leiding door de oorlogsdreiging gemobiliseerd en werd de Livingstonegroep voorlopig opgeheven.
Na de oorlog, in 1945 werd de groep met behulp van de gereformeerde kerk te Amstelveen heropgericht. De groep had na wat omzwervingen een vaste plaats voor hun bijeenkomsten bij het gebouw van het Leger des Heils. De groep werd al snel veel groter en groeide uit tot ongeveer 80 leden.

In 1947 werd de trek naar het water zo groot dat de landgroep in een watergroep veranderde. Het was hiermee de eerste watergroep in Amstelveen. Zeilen was altijd al een grote passie van de jeugd geweest en regelmatig werden er al boten gehuurd om te zeilen met de leden. De groep werd enorm gesteund door de bevolking van Amstelveen. Zo kocht iemand een oude Duitse boot, de Njord en
schonk deze aan de groep.

In 1948 moest het troephuis van de groep op last van de gemeente worden overgeplaatst. De gemeente had besloten achter het park “de Braak” een jeugddorp te creëren. Het bestaande troephuis (een keet) werd daar naar toe overgeplaatst. Op 9 december 1950 werd de vereniging omgezet in een stichting.
In 1951 werd het eerste jeugddorp geopend en kon de groep het troephuis betrekken op de plaats waar nu het huidige troephuis voor de jongens staat.
Meerdere boten waren nodig en werden dan ook gekocht op afbetaling. De vloot bestond uit drie boten: De Njord, de Aegir (een roeiboot) en de Fram. Deze boten waren allen van hout.

In 1958 werd het scheefgezakte troephuis vervangen door een betere barak. In 1966 bereikte de groep bij de patrouillewedstrijden een eerste plek. De groep begon op landelijk niveau een kleine rol te spelen. De houten Njord werd in die periode vervangen door een stalen lelievlet die ook Njord ging heten. De vloot ging elke winter op de wal voor het nodige onderhoud, hetgeen werd uitgevoerd door de leden van de groep. De groep kreeg elke winter de beschikking over een loods bij de bosbaan in het Amsterdamse Bos.

In 1972 werd de meisjes afdeling van de Livingstonegroep opgericht. Voor hen was geen clubhuisruimte op het eerste Jeugddorp. Daarom kregen zij een clubhuis in het derde jeugddorp aan de Machineweg te Amstelveen, waar zij nu nog steeds verblijven in een oude, reeds afgeschreven keet. De groep was blij met de ruimte, maar betreurde wel de enkele kilometers afstand tussen de locaties. Voor hen deed de Ran, een nieuwe lelievlet, haar intrede.

In 1976 deed de groep mee aan de NaWaKa in Vinkeveen. De vlootschouw werd afgenomen door premier van Agt. De groep had inmiddels acht boten. Nieuw was de Loki en van een andere groep werd de Freya en de Skadi overgenomen. In 1979 kreeg de groep een nieuw jongenstroephuis in jeugddorp 1. De blokhut was van Finse makelij en beschikte in tegenstelling tot het oude troephuis over twee zalen, een keuken en een grote was- en toiletruimte. De nieuwe troephuizen werden feestelijk geopend door toenmalig
burgemeester Q. van Uffort. Ook kwam er een nieuwe groepsvoorzitter en die bracht een motorsloep mee in de groep, de Thor.

In 1982 wordt de laatste lelievlet, de Aeolus, aangekocht door de groep. De groep draaide als nooit tevoren en er werden geweldige zomerkampen gehouden. Het lief, maar ook het leed, werd gedeeld. In 1988 organiseerde de groep voor het eerst haar eigen zeiltrainingweekend waarbij de leden in verschillende niveaus werden opgeleid voor het door de ANWB landelijk erkende CWO-3 zeildiploma. In 1989, de groep bestaat dan vijftig jaar, ging de mastvoet van de oudste houten boot, de Fram, kapot. Een jaar later wordt de boot gerestaureerd door een werf in Kortenhoef. Daarbij werden onder meer de boeg, een zwaardklamp en de mastvoet geheel vervangen. De hele restauratie vergde ongeveer één jaar.

Vanaf 1990 neemt de groep deel aan de Admiralencup, welke door de Admiralengroep uit Uithoorn wordt georganiseerd. De teams van de groep pakten enkele malen een podiumplaats, evenals de dames in hun klasse. In 1993 wordt er een motorboot aangekocht, de Vidar, voor het zelfstandig slepen van de lelievletten.

In September 1998 kreeg de groep te horen dat er na 40 jaar geen plaats meer voor hen was voor hun winterstalling in de Bosbaanloodsen. De groep gaat in protest zowel bij de organisatie van het Amsterdamse Bosals bij de gemeente Amstelveen. Daarnaast worden ook de regionale Admiraliteit en Scouting Nederland op de hoogte gesteld en verzocht om hier de nodige hulp bij te verlenen.

In december 1998 worden twee romneyloodsen aangeschaft, omdat hiermee aan de wens van de Gemeente Amstelveen, om zelf ook initiatieven te tonen, tegemoet gekomen wordt. De toewijzing van een nieuw terrein geschiedt echter niet snel. De boten
bleven voor het winterseizoen 1998/1999 en tot groot verdriet van de groep ook in 1999/2000 in het water liggen bij jachthaven Bibo.

In de herfst van 2001 krijgt de groep een ontheffing om een loods te bouwen op het terrein bij het clubhuis aan de Machineweg. In deze loods kunnen per keer vier boten onderhouden worden en dat gebeurt dan ook in de winter van 2001-2002. De Fram wordt onderhouden in een garage in Uithoorn. Na veel ongemak lijkt het
onderhouden van de boten voorlopig weer mogelijk op een manier die de groep bevalt.

Na een ledenval in 2001 beslist de groepsraad in september 2002 dat de verkenners en verkensters samengevoegd worden tot één speltak met kinderen tussen de 11 en de 15 jaar om deze speltak aantrekkelijker te maken voor de doelgroep. Deze
speltak heeft voortaan op de zaterdagochtend opkomst van 10 tot 14 uur. Jongeren van 16 t/m 21 jaar kunnen naar hun eigen speltak, de Wilde Vaart. Zij hebben vanaf dan elke vrijdagavond en zaterdagochtend opkomst.

Laat een reactie of bijschrift achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *