Zomerkamp 2020 was in Zwolle, wat toch niet echt om de hoek is. Om kamp te kunnen houden in deze exotische Overijsselse Hanzestad moest er natuurlijk een heen- en terugtrektocht gevaren worden, en varen deden wij.
Scroll naar beneden voor de foto’s!
De heentrektocht was als een voorbode voor de nattigheid van het komende zomerkamp, het was namelijk kouder en vochtiger dan de gemiddelde zomervakantie. Onze krachtige sleepformatie werd geteisterd door golven en storm en zoals voorheen toonde het IJmeer een waardige tegenstander, maar dit onmogelijk-niet-vervloekte meer werd zoals altijd toch getrotseerd door onze stuurmannen met hun stalen zenuwen. Het wilde water blijft echter ontembaar en heeft ons uit wraak een tafel en een paraplu afgenomen. Tijdens de heentrektocht hebben de bikkels onder ons zichzelf weten te tonen, enorme complimenten naar zowel zij achter het roer van de Balder als naar degene die de kou in de boten wisten te trotseren.
Verder hebben we deze heentrektocht op het Zwarte Meer een enorme Aalscholverkolonie mogen bewonderen, maar volgens mij was alleen ik daarin geïnteresseerd..
Eenmaal aangekomen op kamplocatie lieten Martijn en Théo er geen gras over groeien en namen eigenlijk de eerste kans die ze konden om te gaan zeilen, de anderen besloten eerst nog even bij te komen.
Na een heerlijk zomerkamp was het tijd voor de terugtrektocht, het echte avontuur kon beginnen. Dit avontuur was een stuk zonniger dan de voorgaande week, al leek het de eerste dag soms bijna alsof we de wind hadden ingeruild voor de warmte. Desondanks lukte het (bijna) iedereen om op tijd in Zwartsluis aan te komen, al koste dat wel de zogenaamde mannenpunten omdat dit louter dankzij sleepjes slaagde. Zwartsluis was de eerste locatie van deze trektocht en een klassieker voor onze club, en we zijn zeker weer wat ervaringen rijker. Iets wat me bij zal blijven is dat ik met een klein groepje in de Balder (met de boombox) een lijsttrekkersdebat zat te kijken terwijl de rest van de groep in het café zat.
De volgende stop was Giethoorn, deze tocht was voor mij een superdag, na die eerste dag rustig in een sleepje van de zon genieten was het tijd voor zo’n echte trektochtdag. Het was nat, koud, avontuurlijk en leuk. Een paar afslagen voor Blokzijl had ik mijzelf in een heerlijke positie weten te krijgen, twee hunks roeide en mijn taak was om te sturen. Zoals altijd is niets wat het lijkt, mijn taak bleek de zwaarste omdat het roer niet werkte. Dit kwam doordat hij op tot-op-nu-nog-onzekere wijze gebroken was. Gelukkig kwam de Balder net toevallig langs dus liep alles weer goed af. In Giethoorn wisten wij een plekje te bemachtigen in de voortuin van een boer met een caravanpark, en met dat als thuisbasis hadden we een plek om dit ‘Hollandse Venetië’ te verkennen. Althans, ’s avonds konden wij het kanalendorp bezoeken omdat we nog moesten koken, eten én er weer een douchemogelijkheid was. We hadden een heerlijke Aardappel-Vlees-Groente gegeten en als heuse campinggangers bij de campingwasbak afgewassen.
De volgende halte was Genemuiden en dit was ook een onvergetelijke dag voor mij. Dit kwam omdat deel van de route een erg ondiep kanaal was, met veel waterplanten. Totaal onverwachts bleken lelies sterker dan staal en wisten zij ons zwaard te verstrengelen. Toen ik probeerde het zwaard uit de drek te trekken, bleek ik geen koning Arthur maar een jongen met een kapot zwaard. Ons zwaard hing onder de boot en het handvat was losgeschoten. Dramatisch. Met ons zwaard enorm diep waren wij eerder aan het ploegen dan aan het varen en geen enkele van onze vele vindingrijke oplossingen werkte. Dat was de tweede keer dat mijn boot hulp kreeg van de Balder. Eenmaal aangekomen in Genemuiden hadden wij de tenten opgezet en namen we weer diep en rustig adem, het was tijd voor de rustdag.
Er valt enorm veel te zeggen over Genemuiden maar er is één ding waar iedereen het over eens is, Genemuiden vergeten we nooit meer. We hebben als groep echt contact weten te leggen met de lokale bevolking en van hun cultuur mogen proeven, ik geloof dat elke trektochtganger enorm verrijkt is door deze ervaring. Ik denk dat ik de Genemuidse avonturen niet met jullie zal delen omdat er sommige verhalen zijn die alleen verteld horen te worden in het echt, het liefst bij een kampvuur.
Alles wat ik wel los zal laten is dat ‘wij Amsterdammers’ echt de talk of the town waren en een ondertekend Ajax-shirt nog steeds in het plaatselijk café hangt als bewijs.
Eenmaal Genemuiden uit, zetten we koers voor ‘dat ene eiland van die Oreo’s enzo’. Als we eerlijk met elkaar zijn weet ik de naam van dit eiland niet, maar het is een reguliere stop voor trektocht. Zo’n typisch eilandje voor boten om te overnachten en tevens de eerste stop van heentrektocht, jaren geleden is er tijdens een trektocht hier iets gebeurd rondom het zwart-witte koekje wat het eiland er onlosmakelijk mee heeft verbonden voor mij.
Het was een mooie tocht richting het Ketelmeer, maar de wind zat weer niet mee. Ik meen een grap over de Ifigineia-mythe te hebben gemaakt, maar die viel jammer genoeg op dove oren. Gelukkig hadden wij een vriendschap opgebouwd met de inheemse Genemuidse bevolking en dit werd beloont met een sleepje. Dat en de hulp van de Balder (als een bikkel gevaren door ondertekende) zorgde dat iedereen op tijd de sluis haalde en veilig en wel aankwam op Oreoeiland.
Het was alweer de laatste ‘echte’ dag van trektocht, de tocht naar Dode Hond Eiland. Het was een enorm warme zonnige dag, maar de wind was weer niet enorm enthousiast. Ik was wel enthousiast toen ik zag hoeveel zwanen er waren, ik heb nog nooit zoveel zwanen samen gezien. Ik had ook nog nooit zoveel aalscholvers bij elkaar gezien anderhalve week eerder, maar die ervaring verbleekte naast deze royale stoet. Het zag er wit van de zwanen, met soms een vlekje zwart. De echte grap is dat er geen foto’s van zijn en je het dus maar met je fantasie moet doen. Geloof mij maar dat het bijzonder was, de rust die die dieren uitstraalden wanneer ze rustig een gaatje maakte in hun processie voor aankomende boten, mens en dier in perfecte harmonie. Eenmaal aangekomen op het eiland van de Dode Hond was het tijd om te koken, hamburgers!!!! Noem het dwaasheid, noem het ongeluk, je mag het van mij zelfs goddelijke interventie noemen, maar de boodschappenboot was vergeten de vleeslappen te kopen. Elk ingrediënt voor een sappige burger was ingeslagen, behalve de hamburger zelf. Wij vegetariërs hadden wel avondeten omdat onze burgers wel aangeschaft waren en dus heb ik enkel die smaak geproefd. De hongerige smaak die mijn vleesetende compagnons in hun mond hadden smaakte waarschijnlijk naar een soort zure machteloosheid, zit je daar zonder eten midden op een klein eiland midden op het Eemmeer. Altijd denkend in oplossingen, namen zij de Balder en zochten het vasteland, en Thuisbezorgd, op.
De laatste dag van trektocht was de sleep terug naar Amsterdam, en naar huis. Ondanks dat ik hou van scouting, zomerkamp en trektocht, gaat er niks boven deze laatste dag en het element van thuiskomen. De overgang van IJmeer naar IJ naar grachten is prachtig. Het is echt de mooiste manier om de stad te mogen ervaren en ik mis stiekem de drukte van de Randstad wel na een week op water.
Het was een enorm avontuurlijke trektocht, precies zoals trektocht hoort te zijn! Er is gelachen en gehuild, gefeest en genoten, het was weer prachtig en ik weet dat ik namens het hele leidingteam spreek wanneer ik zeg dat we allemaal weer enorm uitkijken naar de volgende!