Klein Vaarbewijs

2003

Wanneer valt u onder de vaarbewijsplicht?

Deze verplichting geldt voor het varen met:
– een schip met een lengte van 15 meter of meer dat niet bedrijfsmatig wordt gebruikt
– een schip met een lengte tussen de 15 en 20 meter dat bedrijfsmatig wordt gebruikt of voor bedrijfsmatig gebruik is bestemd
– een sleep- of duwboot (die niet wordt gebruikt om een schip met een lengte van 20 meter of meer te slepen, langszij mee te voeren of te duwen)
– een motorboot met een lengte van minder dan 15 meter die een snelheid van meer dan 20 kilometer per uur kan bereiken.

Van het vaarbewijs voor de pleziervaart bestaan 2 typen, namelijk:
Klein Vaarbewijs I:
Dit vaarbewijs geeft de schipper het recht te varen op alle rivieren, kanalen en kleine meren. De Gouwzee en de Randmeren (Gooimeer t/m Ketelmeer/Zwarte Meer) zijn vaarbewijs I gebied. De havens aan de vaarbewijs II gebieden zijn vaarbewijs I gebied. Het Klein Vaarbewijs I is niet geldig voor de Westerschelde, de Oosterschelde, het IJsselmeer incl. Markermeer en IJmeer, de Waddenzee, de Eems en de
Dollard.

Klein Vaarbewijs II:
Dit vaarbewijs geeft de schipper het recht te varen op alle binnenwateren, dus inclusief de Westerschelde, de Oosterschelde, het IJsselmeer incl. Markermeer en IJmeer, de Waddenzee, de Eems en de
Dollard.

NB: voor het bevaren van de Noordzee is geen vaarbewijs vereist, wel echter voor het bevaren van de zeehavens.

2003 Vaarbewijs / Livingstonegroep

Laat een reactie of bijschrift achter

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *